Reinier Sonneveld Zoeken naar wijsheid, zorgen voor je ziel
menuTranen met tuiten
21 augustus 2014
Ik was onlangs in Genève om te logeren bij vrienden die daar wonen. ’s Zondags gingen we naar de Episcopaalse kerk. Het was veertig dagen na Kerst en dan vier je de Lichtmis. We gaven kaarsjes aan elkaar door. We zongen over ‘the Eternal Light’. We knielden. We deelden de eucharistie.
En ik huilde tranen met tuiten.
Dat is me nog nooit overkomen in een kerkdienst en ik had het ook bepaald niet verwacht. Ik had van tevoren geen trek in deze ‘poppenkast’, zoals ik het letterlijk noemde, maar het overviel me. Sindsdien denk ik regelmatig over deze ervaring na. Wat betekende dit? Wat zegt dit over mijn geloof of wat ik daarin heb gemist?
Vorige week was de eindstop van 7keer7. U heeft er vast wel over gelezen in deze krant of ergens op een blog. Het was een privé-initiatief van een paar vrienden dat prachtig uit de hand is gelopen.
We vroegen ruim 40 mensen naar hun visie op de toekomst van het christendom, en dachten daar met zo’n 500 mensen door heel Nederland over na. Wat zij poneerden probeerden we samen te vatten in een filmpje, dat uiteraard pittig was en boordevol tegenstrijdigheden zat. Ik zeg uiteraard, want u kent de grap: zet twee Nederlanders bij elkaar en je hebt een kerk, zet er drie bij elkaar en je hebt een kerkscheuring…
Welnu, tijdens 7keer7 begon ik die ervaring in Genève beter te begrijpen. Elke avond sprak ik mensen, waaronder bekende gereformeerde en evangelische leiders, die aangaven dat ze de laatste tijd zich laven aan een katholieke kerk in hun buurt. Ze ervaren er iets wat ik ook in die Episcopaalse kerk meemaakte – die liturgieën lijken ook wel op elkaar. Tijdens 7keer7 gaven woorden aan iets waar ik nog geen woorden voor had.
Wat gebeurde er tijdens die Lichtmis met me? Het ontroerde me dat God geen ‘lieve papa’ was, maar ‘the Eternal Light’. Groot, heilig, mysterieus. Ik moest denken aan mijn favoriete tekst van Jeremia: ‘Ben ik alleen een God van dichtbij, ben ik niet ook een God van ver?’ Een lieve papa heb ik namelijk al wel, maar een Eeuwig Licht, dat kan ik bepaald nog wel gebruiken. En ik denk de wereld ook.
Maar het was vooral de traditie. Het besef dat dit hier al eeuwen zo ging en nog eeuwen zo zou gaan. Dat ik het wiel niet opnieuw hoefde uit te vinden. Dat heeft Rome bijvoorbeeld al lang gedaan. Niet ík hoef het te doen, ik hoef niet in mijn uppie de weg uit te stippelen, maar ik ben in een oude ‘wolk van getuigen’, die alles al eens hebben meegemaakt, die de weg allemaal wel eens zijn kwijtgeraakt en hebben teruggevonden, die allemaal hun ervaringen met God hebben, en ik kan gewoon meewandelen.
Dat is geweldig, vind u niet? Dat een initiatief dat lekker pretentieus het christendom opnieuw wil gaan uitvinden – en natuurlijk allang weet dat zoiets niet kan – en vervolgens ook ontdekt dat veel christenen helemaal niet iets nieuws hoeven, maar vooral iets ouds?