Reinier Sonneveld Zoeken naar wijsheid, zorgen voor je ziel
menuZendeling Buzz
23 november 2016
Voordat Neil Armstrong en Buzz Aldrin in 1969 op de maan landden, oefenden ze in een Amerikaanse woestijn. Op een dag ontmoetten ze daar een hoogbejaarde Indiaan. Hij vroeg wat ze hier deden. ‘We zijn aan het trainen voor onze expeditie naar de maan,’ antwoordden de twee astronauten.
De stokoude man dacht lang na en vroeg toen: ‘Onze stam gelooft dat er goede geesten op de maan wonen. Willen jullie hen een belangrijke boodschap van ons doorgeven?’
De astronauten stemden toe. De man zei een zin in zijn stamtaal en vroeg hen die uit het hoofd te leren. Ze waren nieuwsgierig naar de betekenis, maar hij verklaarde: ‘Nee, dit is een geheim tussen onze stam en de maangeesten.’
Terug op hun basiskamp zochten de astronauten lang naar iemand die de stamtaal sprak. Ze vroegen hem de geheime boodschap te vertalen. Toen ze de zin uitspraken, bleek de tolk dat hilarisch te vinden. Toen hij eindelijk was bedaard, legde hij uit dat ze deze zin zorgvuldig hadden gememoriseerd:
‘Geloof geen enkel woord van wat deze mensen je vertellen. Ze zijn gekomen om je land te stelen.’
Jezus is als die stokoude Indiaan. Zijn gelijkenissen zijn geheime boodschappen waarvan we de betekenis zelden begrijpen. Zo waren ze ook bedoeld, zei hij, ‘zodat jullie wel horen, maar doof blijven’. Net als Armstrong en Aldrin.
Zo zijn we naar de verste streken gereisd en hebben daar de boodschappen van Jezus afgeleverd. En na lange tijd konden ze daar de betekenis wel ontrafelen. Ze hadden ons horen vertellen dat Gods rijk zich verspreid als een mosterdplant (zie de foto). Maar in hun oren klonk dat als:
‘Geloof geen enkel woord van wat deze mensen je vertellen. Ze zijn gekomen om je land te stelen.’
Onze missionarissen kwamen namelijk niet bepaald als een mosterdplant. Zij gedroegen zich als een ploegmachine. God werkt klein en teder, zeiden ze in Jezus’ codetaal. Maar zelf banjerden ze.
Zo zaaiden deze missionarissen onbewust hun eigen ondergang. Hier begonnen de vele revoluties tegen de imperialisten. De onderdrukte volken hadden de boodschap begrepen. Een god die zich verspreidt via geweld is het dienen niet waard. En dienaars die geweld gebruiken zijn niet van God. De enige God die werkelijk groot is, werkt als een mosterdzaadje.