Deze liedteksten horen bij de musical Jakob Kusdrager.

Veel te misschien ‘Jakob Kusdrager’ songtekst Reinier Sonneveld

Mijn moeder voelde zich alleen,
mijn vader zocht een gratis kok.
Dus trouwden ze, maar nooit gemeend
en liefde heeft ons nooit bezocht.

Ze kregen mij per ongeluk,
ik kreeg niet eens naam van hen.
Ik bedelde mijn handen stuk
en liefde heb ik nooit gekend.

De liefde kun je niet eten,
de liefde kun je niet zien,
de liefde kun je niet meten:
de liefde is veel te misschien!

Een goocheltruc, een circustent:
dat kun je horen, voelen, zien,
net als jouw guldens en jouw centen,
maar liefde, daarvoor koop je niets.

Iets zomaar gratis liefdevols
bestaat alleen soms in een lied
in van die zoete musicals,
maar daarin zitten wij nu niet.

Refrein

Het lied van alle kussen ‘Jakob Kusdrager’ songtekst Reinier Sonneveld

Een pakkerd, een smakkerd, een kus, een zoen,
een pieper, een smokje, een smuk, een ploem,
een muilke, een beesie, een muun, een poen,
een keusmoel, een doetje, een tuut, een tjoem!

Elke kus hoort bij iemand
en geen kus is voor niemand.
Ja, geen kus gaat verloren,
omdat ze allemaal
bij iemand horen!

Een droge, een natte, te hard, te vaag,
een zoute, een zoete, te vroeg, te laat,
een neppe, een zomaar, te scheef, te raak –
een klapper, een knaller, een kopstoot-tand-door-de-lip-gebroken-bril!

Refrein

De ware Jakob ‘Jakob Kusdrager’ songtekst Reinier Sonneveld

De ware, wie is toch de ware?
Nou, hij gebruikt deodorant,
hij heeft geen klitten in z’n haren
en nooit een stukje bij z’n tand.

De ware, wie is toch de ware?
Vanillegeur komt uit zijn mond,
hij zal na jaren niet verzwaren
en hij stapt altijd náást de stront.

Niemand trouwt ooit met de ware.
Hij is ver weg, z’n leven lang,
hij zit nooit stil in de verhalen,
en zeker niet hier op mijn bank.

De ware, wie is toch de ware?
De ware is volmaakt perfect,
ja, niemand kan hem evenaren –
da’s eigenlijk heel eng…

De ware, wie is toch de ware?
Ik zoek een man van vlees en bloed,
die op mijn bank kan landen
en blijft – dat is al eng genoeg

Niemand trouwt ooit met de ware,
want al die waren – nee, bedankt,
dat overschot aan exemplaren,
die passen toch niet op mijn bank!

Welles en nietes ‘Jakob Kusdrager’ songtekst Reinier Sonneveld

Zeg Welles? Ja Nietes?
Geef mij dat portie friet es?
Weet jij wat ‘alsjeblieft’ is?
Krijg nou toch cellulitis!

Zeg Nietes? Ja Welles?
Geef mij die frikadel es?
Weet jij wel wat een lel is?
Ach nee, kom op vertel es!

Welles, nietes, welles welles, nietes!
Nietes, welles, nietes nietes, welles!

Zeg Welles? Ja Nietes?
Weet jij waar rode biet is?
En als het antwoord niet is?
Daar is die rode biet dus!

Zeg Nietes? Ja Welles?
En waar het klokkenspel is?
‘k Heb geen idee, vertel es.
Als dat geen klokkenspel is!

Refrein

Het is altijd hetzelfde lied met jou, altijd, altijd…

Mijn liefde past niet in een lied ‘Jakob Kusdrager’ songtekst Reinier Sonneveld

Mijn liefde past niet in een lied –
ik zing wel, maar je hoort het niet.
Mijn liefde past niet in een boek –
het raakt tussen de letters zoek.

Mijn liefde past niet in een huis,
al waren we er altijd thuis.
Te klein een grote filosoof,
laat staan mijn eigen domme hoofd.

Mijn liefde past niet in een land,
het loopt meteen over de rand.
Mijn liefde is niet zo subtiel,
dus ik ben zuinig op mijn ziel.

Mijn liefde is te groot voor mij,
ik houd het niet, ik moet het kwijt!
Mijn liefde is me veel te veel –
maar stel nu eens dat ik het deel…

Mijn liefde past niet in een lied –
ik zing wel, maar je hoort het niet…

Verstopt voor elke kus ‘Jakob Kusdrager’ songtekst Reinier Sonneveld

Weet iemand nog hoe ik
een boom ooit heb bekrast:
twee letters en een hart,
of is die boom gekapt?

Weet iemand nog hoe ik
steeds floot hetzelfde lied?
Weet iemand nog van wie?
Wie kent de melodie?

Wie iemand nog hoe ik
beroemd was in mijn tijd
en machtig was en rijk?
Ben ik nu alles kwijt?

Weet iemand nog dat ik
er was, dat ik bestond
en elke dag moest vechten –
de laatste dag niet won?

Weet iemand nog dat ik
de laatste dag niet won…

Ik wacht op jou alleen ‘Jakob Kusdrager’ songtekst Reinier Sonneveld

Heb je blauwe ogen, zijn ze bruin? (ik weet niet…)
Heb je jubeltenen, staan ze schuin? (ik weet niet…)
Zing je vals of zit je in een band? (ik weet niet…)
Ik weet niet, ik weet niet wie je bent…

Spreek je Nederlands of Catalaans? (wie ben jij?)
Woon je in m’n straat of op de maan? (wie ben jij?)
Ben je rijk of heb je nog geen cent? (wie ben jij?)
Ik weet niet, ik weet niet wie je bent…

Ik wacht op jou alleen
al jaren achtereen.
Ik weet niet wie je bent,
maar denk aan jou alleen.

Kun je dansen of ben je een hark? (waar ben jij?)
Is je liev’lingstoetje ijs of kwark? (waar ben jij?)
Ben je vuilnisman of president? (waar ben jij?)
Ik weet niet, ik weet niet wie je bent…

Ben je liefdevol of een serpent? (hoe lang nog?)
Ben je traag of volg je elke trend? (hoe lang nog?)
Leef je decadent of als een krent? (hoe lang nog?)
Ik weet niet, ik weet niet wie je bent…

Refrein

Mag ik jou herinneren? ‘Jakob Kusdrager’ songtekst Reinier Sonneveld

Word jong met mij,
alsof de wereld pas
geschapen is en gaapt
en loom z’n ogen wrijft.

Word jong met mij,
dan doen we net alsof
er nooit een gisteren was
en dit de eerste dag.

Word jong
en alsjeblieft met mij…

Wil jij het zijn
die ik zal missen?
Mag ik het zijn
die jij vaarwel zegt?

Wil jij het zijn
die ik herin’ren zal?
Mag ik het zijn

die jij gedenken zult?

Word oud met mij,
word rimpelig en grijs
en traag en krom en stijf –
vergeet tenminste míj.

Word oud met mij,
wees bij mijn laatste nacht:
de laatste die ik zag,
het laatste wat ik dacht.

Word oud
en alsjeblieft met mij…

Refrein

Ho kus spook kus ‘Jakob Kusdrager’ songtekst Reinier Sonneveld

Kus het woord dat je gelukkig maakt.
Kus het woord dat je bedroeft.
Kus het woord dat je niet snappen kunt.
Kus kus kus!

Kus de naam van wie jou achterliet.
Kus de naam die je vergat.
Kus de naam van wie je nog niet kent.
Kus kus kus!

Kus wie zegt dat liefde niet bestaat.
Kus de grote cynicus.
Kus de criticus en scepticus.
Kus kus kus!

Kus de nacht als je weer slapen gaat.
Kus de dag als je ontwaakt.
Kus de uren die nooit t’rugkeren.
Kus kus kus!