close

‘Jezelf accepteren’ is natuurlijk een van de mantra’s van veel zelfhulpboeken. Maar de vraag blijft: hoe dan? Hoe doe je dat? Gewoon maar tegen jezelf zeggen dat alles wel oké is, dat je er mag zijn, dat je goed bezig bent…? Iedereen zal hebben gemerkt dat dit niet zo best werkt. Jezelf maar van alles toefluisteren – vaak ‘positief denken’ genoemd – is verbijsterend weinig effectief. Ervaringen zijn namelijk veel sterker dan gedachten. We zijn fysieke, sociale, lichamelijke wezens. 

Als we een gebrek aan zelfacceptatie hebben, is dat niet gewoon maar een gedachtepatroon die niet zo handig is afgesteld en je willekeurig kunt vervangen. Die acceptatie, of dat gebrek eraan, ‘leeft’ ook buiten je. Je voelt je schuldig of je schaamt je niet alleen omdat je dat zelf bedenkt, maar omdat er in je omgeving afkeurend over bepaalde gedragingen of ideeën wordt gesproken, of misschien niet eens gesproken, maar stilzwijgend aangenomen; het blijkt tussen de regels door en indirect uit wat je omgeving wel en niet doet. 

Schuld en schaamte zijn alarmbellen: we zijn zo gebouwd om bij de groep te horen, dat alles waardoor we buiten de groep vallen, kan voelen als levensgevaarlijk. Want dat was vroeger levensgevaarlijk. Niemand redt het alleen in de bush.

Als je je schuldig voelt ergens over of je schaamt je, is het daarom wel nuttig om ‘op jezelf in te praten’ en je ervan te verzekeren dat het wel meeviel, dat het goed zit, enzovoorts. Maar het zal ook een sociale, fysieke, misschien wel lichamelijk ervaring moeten worden. Acceptatie kan niet bij een mantra blijven, maar moet gebeuren. Dat is een van de redenen dat vroeger in de Bijbel werd geofferd; dat was een ritueel waar iets gebeurde, waar je iets zag, waar iets veranderde, en waar je zelf echt iets gaf. Later is dat wel de biecht geworden, waarbij je een echte ontmoeting had met een priester die jou verstaanbaar Gods vergeving doorgaf. 

Hoe kun je tegenwoordig acceptatie ervaren? De eenvoudigste manier is te ‘biechten’ bij iemand die je vertrouwt. Dan kan het over zware zonden gaan, evenals eenvoudige zaken waarover je twijfelt. Misschien luistert de ander alleen maar, maar puur die ervaring kan bevrijdend zijn. Diegene valt niet van zijn stoel, scheldt je niet uit, kijkt je niet vies aan. Dat kan – je weet het rationeel wel, maar je moet het ervaren – een hele opluchting zijn. En zo kan die ander, als jij bij diegene ‘te biecht gaat’, gewoon je verhaal doet eigenlijk, Gods vergeving bemiddelen en doorgeven. 

Overigens kan ‘biechten’ ook minder letterlijk. Dan gaat het over simpelweg bij mensen die je aanvaarden in de buurt zijn. Prettig gezelschap, die met je omgaan en bij wie je ‘jezelf’ kunt zijn. Misschien weten ze van je schuld- en schaamtegevoelens, misschien niet. Maar de ervaring van contact en omgang kan veel verlichten. Toch zul je waarschijnlijk merken dat als je nooit deze gevoelens verwoordt en naar buiten brengt, ze gaan ‘rotten’. Ze worden groter en groter. Bewust of onbewust denk je: maar als ze dít van me weten, dan zullen ze me verstoten en nooit accepteren… Pas als je déze gevoelens in al hun lelijkheid deelt, kun je over déze gevoelens acceptatie ervaren en kunnen ze kleiner worden en leefbaar.

Lees hier het vorige advies. Volgende week meer! Check intussen de website Nieuwe Uitzichten van Otto Kamsteeg en mij waar we driedaagse christelijke coaching aanbieden. Er zijn nu ook edities voor leidinggevenden.

Go top