F.A.Q. over ‘Het einde van de hel’

Mijn Het einde van de hel verschijnt 15 februari 2025. Hieronder mijn reacties op de vragen die mij het meest over dit onderwerp worden gesteld.

Hoe zou je je boek samenvatten?

Het einde van de hel is een pleidooi voor (christelijk) universalisme: de overtuiging dat uiteindelijk alle mensen na hun dood in vrede met elkaar zullen samenleven. Dat kan niet gaan zonder een proces van recht, verzoening en herstel. Universalisme betekent niet dat daders zomaar met hun misdaden wegkomen; wel dat iedereen een eigen weg van genezing kan gaan, ook na de dood.

Het einde van de hel neemt daarmee nadrukkelijk afstand van het infernalisme: de overtuiging dat er een eindeloze hel zou zijn, en eveneens van het materialisme: de overtuiging dat er helemaal geen hiernamaals zou zijn.

Het universalisme was een brede stroming in het vroege christendom (waarschijnlijk de grootste) en is in de oosters-orthodoxe kerk altijd blijven bestaan (als apokatastasis). Universalisme ontkent zelden dat er een hel is, wel dat er een eeuwige hel is. De poorten van elke hel staan open. Voor iedereen blijven er kansen. Niemand wordt afgeschreven.

Kunnen we wel iets zeggen over een hiernamaals?

Het is lastig om iets te zeggen over een werkelijkheid die van een heel andere orde dan de onze is. Tegelijk doen we dit wel bijvoorbeeld over de werkelijkheid van de kwantumdeeltjes. Bovendien heeft iedereen wel ideeën over het hiernamaals en die zijn niet allemaal even gezond. Daarom is het belangrijk deze te onderzoeken. Misschien vinden we iets wat ons overtuigt. We kunnen dat in elk geval niet bij voorbaat uitsluiten.

 

Wat zijn de argumenten voor een hiernamaals? Waarom zouden wij onsterfelijk zijn?

Er zijn diverse argumenten voor een hiernamaals, waaronder deze drie tamelijk neutrale:

     - Minstens vier procent van de wereldbevolking heeft een bijna-doodervaring gehad. Deze mensen herinneren zich een realiteit die realistischer overkwam dan de gewone. Vaak zagen zij hun leven aan zich voorbij trekken en voelden zij zich geliefd door een onbeschrijflijk mooi licht. Sommigen van hen waren tijdens de BDE aantoonbaar klinisch dood. Ook blijken hun ervaringen niet met drugs te imiteren of op andere manieren op te wekken. Verder bevatten hun getuigenissen soms controleerbare details. Het gaat bij elkaar om immens veel getuigenissen, die bovendien door alle culturen heen zeer eensluidend zijn.

     - Als er een hogere Werkelijkheid is die ons heeft voortgebracht, is het aannemelijk dat deze ons het beste toewenst en contact met ons wil houden. Zo zien de meeste mensen God. Daarom kunnen we een hemel verwachten, waarin zo’n hogere Werkelijkheid ons gelukkig kan maken en met ons kan blijven omgaan. En ook als we daar niet in geloven, kunnen we er wel van uitgaan dat het leven ons uiteindelijk welgezind zal zijn. Dat is een gok, maar wel een goede gok om te wagen. Liever dat dan je huidige leven vergallen met angst voor de dood.

     - Er is een verschrikkelijke hoeveelheid onrecht dat tijdens dit leven niet rechtgezet of verzoend wordt. En het is niet genoeg dat ons lijden soms een functie voor een ander kan hebben, als wij niet zelf persoonlijk genoeg herstel hebben ervaren of zullen ervaren. Het is niet te begrijpen hoe een God dit ooit zou toestaan – tenzij er na de dood nog een kans op herstel en verzoening is en wij daar persoonlijk kunnen genezen.

 

Wat is universalisme of alverzoening?

De overtuiging dat iedereen zich na de dood kan verzoenen en kan genezen. Daders moeten verantwoording afleggen voor hun misdaden en slachtoffers kunnen hun pijn een plek geven en genezen. Na onze dood zijn onze kansen niet verkeken, maar blijven we ons ontwikkelen. Er is geen eindeloze hel, alleen een tijdelijke en persoonlijke. De poorten van de hemel zijn niet op slot, maar blijven geopend. Het hiernamaals is niet voor eeuwig opgesplitst in een hemel en een hel, maar is een enkele werkelijkheid, waar mensen hooguit tijdelijk van elkaar gescheiden worden als dat nodig is voor hun proces.

 

Bedoelt alverzoening dus eigenlijk een soort vagevuur?

Daar lijkt het wel een beetje op, in die zin dat het vagevuur ook gericht is op loutering en iedereen een eigen periode daar verblijft. Wat mist bij het vagevuur is het sociale proces, waarbij mensen met elkaar en God tot verzoening komen. Het is nog steeds een afgesloten werkelijkheid, waar mensen gedwongen verblijven, terwijl in de rooms-katholieke leer ook tallozen daar nooit kunnen komen, maar meteen eeuwig in de hel worden geworpen.

 

Is het verschil tussen een tijdelijke hel (universalisme) en een eindeloze hel (infernalisme) niet maar een kwestie van een langere straf?

Het verschil tussen universalisme en infernalisme is essentieel en niet gradueel. Menen we dat alle keuzes na dit leven zijn verkeken, of dat mensen altijd hoop houden? Schrijven we mensen definitief af, of blijven we altijd hoop houden? Dat is het verschil.

 

Wat zijn de argumenten vóór universalisme en tegen infernalisme?

         1. Mensen die een bijna-doodervaring hebben gehad, beschrijven die meestal als hemels; dat geldt ook voor wie een heel andere religie aanhangen of slecht geleefd hebben. Tegelijk wordt niemand ontzien, want mensen van allerlei slag zien hun leven langs zich flitsen en voelen daarbij alles wat ze anderen misdaan hebben, maar op een genadige manier, waarbij ze verzoening met hun slachtoffers ervaren.

         2. Iemand voor eeuwig opsluiten is buiten elke proportie en volstrekt onrechtvaardig. Een rechtvaardige God kan dat niet bevelen. Geen enkele misdaad is zo groot dat deze zelfs na triljoenen jaren niet genoeg is afgestraft. Geen enkele heilige – en dat geldt zeker voor Jezus – pleit voor eeuwige straffen of sluit zelf mensen voor eeuwig op.

         3. Er moeten in het infernalisme talloze grensgevallen zijn van mensen die nét een tikkeltje meer gezondigd hebben of zich nét te weinig bekeerden of nét oud genoeg waren om verantwoordelijk te zijn voor wat ze deden, waardoor zij op het nippertje buiten de hemel worden gehouden en dus voor een miniem verschil oneindig worden gestraft. Dit is diep onrechtvaardig. Zelfs een groot verschil in levensstijl kan niet een oneindig verschil in strafmaat rechtvaardigen.

         4. Infernalisme baseert zich op een simplistische versie van het strafrecht, vooral op de menselijke behoefte aan genoegdoening en wraak. Universalisme gaat (in veel versies ervan) uit van het herstelrecht, net als de heiligen en zeker net als Jezus. Dat is veel completer en evenwichtiger, omdat het volledig recht doet aan ons rechtsgevoel, maar ook aan ons verlangen tot herstel van de relaties.

         5. Infernalisme laat daders voor altijd rondjes draaien in hun eigen gelijk en ontzegt hun de kans om hun leven te beteren en vergeving te vragen voor hun misdaden. Bovendien krijgen de slachtoffers geen mogelijkheid om de daders ter verantwoording te roepen, de waarheid tot hen te laten doordringen en zich met hen te verzoenen. Er is daarom geen werkelijk herstel mogelijk.

         6. De zondes en het leed van de verdoemden worden eeuwig verlengd en nooit opgelost, evenals het leed van wie in de hemel verblijft, van hen houdt en zich zorgen om hen maakt. Er blijft eeuwig een open wond in de schepping.

         7. Wij zijn op aarde zo met onze geliefden vergroeid en die bepalen zozeer onze identiteit dat er geen hemel is voor te stellen waarin wij voor eeuwig van hen losgerukt zouden zijn. Het besef dat onze geliefden voor altijd gekweld worden en we daar niets aan kunnen doen zou onze hemel tot een hel maken.

         8. Waarom zou God onze keuzevrijheid na onze dood plotseling van ons afnemen, terwijl hij ons wel in leven houdt? Vrijheid is essentieel voor wie we zijn als mensen. De oude kerk bad dan ook standaard voor het lot van de doden. Als de verdoemden eeuwig een kans houden en werkelijk weten wat ze missen, zullen ze die kans uiteindelijk grijpen.

         9. Zou het niet extreem onverantwoord zijn tijdelijke mensen de kans te geven zichzelf voor eeuwig te verdoemen? Dat zou zoiets zijn als kinderen de knop voor een atoombom geven, waarmee ze niet alleen zichzelf, maar ook anderen enorm kunnen beschadigen.

         10. Infernalisme betekent dat God het kwaad nooit volledig overwint, maar het juist actief vereeuwigt: hij zou de verdoemden permanent in leven houden zodat ze onophoudelijk kunnen worden gekweld. Ook al zouden ze smeken het bewustzijn te mogen verliezen, hij zou dat onmogelijk maken, zelfs de kans zich te bekeren sluit hij uit. Dit is een extreem wrede voorstelling van God.

         11. Voor christenen is Jezus het beste beeld van God. Jezus schreef niemand af, maar hij bleef zelfs de verst afgedwaalden zoeken. Hij oordeelde, maar begrensd. Hij sloot niemand eeuwig op en pleitte daar ook niet voor. In dat licht is het moeilijk te bedenken dat zijn Vader zoiets wel zou doen.

         12. Een werkelijk liefdevolle God kan het niet verdragen dat ook maar een van zijn schepselen eeuwig wordt gekweld en wil ze juist allemaal bij zich hebben. Als die God machtig genoeg is, kan hij daarvoor zorgen, want niets en niemand is sterker dan God. Oftewel: als hij iedereen wil redden en dat kan, dan zal hij dat ook doen.

         13. Proberen God te weerstaan moet voortkomen uit een misverstand, omdat God verreweg het beste voor ieder schepsel is. Een ware God zal met al zijn inzichten in de menselijke psyche iedereen daarvan kunnen overtuigen. En als mensen zich toch blijven verzetten, dan zou God het recht hebben een doorbraak te forceren, zoals we verwarde personen die zichzelf beschadigen tegen zichzelf beschermen. Anders zouden ze zichzelf en hun geliefden in de hemel veel te veel kwaad berokkenen en zou het kwaad eeuwig blijven bestaan.

         14. God wordt in de Bijbel altijd voorgesteld als iemand die kortstondig woede kan uiten en daarna vergeeft. Zijn genade is altijd veel groter dan zijn oordeel. Zo stelt ook Jezus zich op. En mocht een zonde onvergeeflijk zijn, dan moet het oordeel blijkbaar worden uitgezeten voor zolang het duurt of tot de schuld is afbetaald.

         15. Jezus past geen retributief recht toe en neemt nooit wraak. Hij roept ons juist op onze andere wang toe te keren en onze vijanden lief te hebben. Ook zijn in de vroegchristelijke brieven alle woorden voor straf rehabilitatief: gericht op herstel.

         16. In geen enkele tekst in de Bijbel wordt ook maar gesuggereerd dat er een eindeloos oordeel zou zijn. Het woord aionios staat slechts één keer bij een vorm van oordeel voor mensen en werd vroeger wel vertaald als ‘eeuwig’, maar betekent ‘van de komende wereld’: het duidt niet de duur aan, maar het tijdstip. De Joden stelden zich de Gehenna dan ook meestal voor als éénjarig, waarna de gestraften naar het paradijs mochten. Ook beide keren dat het gaat over een ‘poel van vuur’ blijken de verdoemden deze te kunnen verlaten: ze worden uitgenodigd tot de hemel, waarvan de poorten altijd openstaan.

         17. De grote lijn van de Bijbel is dat alle mensen een vorm van oordeel ervaren, maar iedereen ook genezing wordt aangeboden, waarbij talloze voorbeelden suggereren dat zelfs de meest vastgedraaide zondaars zich bekeren en meedelen in deze genezing. Dit wordt duidelijk in het volkenvergaderingmotief: tientallen passages waarin wordt verwacht dat alle volken, zonder uitzondering, zich ooit zullen verzamelen en voor God zullen buigen. Er staat dan ook regelmatig dat God ‘alle mensen’ wíl redden en daadwerkelijk redt.

         18. De meeste christenen en vele grote theologen in de eerste eeuwen waren universalist. Hun visie werd in die periode nooit officieel afgewezen, maar was een gerespecteerde meerderheidsvisie. Universalisme is vervolgens altijd onderdeel geweest van de Oosters-Orthodoxe Kerk.

         19. De vroege christenen verloren echter de kennis van de Joodse cultuur en de Griekse taal, waardoor ze de Bijbel minder begrepen. Ook slopen er daardoor foutjes in de vroege Latijnse vertalingen, waardoor het erop begon te lijken dat er een eindeloos oordeel is. Bovendien hadden veel christenen uit heidense religies beelden van eindeloze martelingen in de Hades meegenomen (denk aan Sisyphus en Tantalus), die ze gingen invullen in de Bijbel.

         20. Ook speelden wraakzucht om de vervolgingen en later machtshonger en onverschilligheid een rol in de opkomst van het infernalisme. De eindeloze hel is namelijk te menselijk: die past te goed bij onze menselijke verlangens naar wraak en is daar te soft voor.

         21. Het concept van een eindeloze hel maakt angstig en somber en kan makkelijk door machthebbers worden misbruikt. Ook kan het misdaad stimuleren, als mensen menen toch al verdoemd te zijn en geen kans meer te hebben. Een tijdelijke hel is juist een uitnodiging om beter te leven en je te verzoenen met je naasten. Je zult immers nog heel lang met hen moeten doorbrengen.

         22. Het is bovendien de vraag of iemand wel ten volle kán geloven in een eindeloze hel; dat zou immers verreweg de grootste ramp voor de mensheid zijn en het voorkomen daarvan zou alle aandacht moeten vergen. Als mensen hun tijd aan mindere zorgen besteden, suggereert dit dat ze hun eigen eeuwige hel niet serieus nemen.

         23. Een eeuwige hel kan mensen uit angst de kerk in krijgen, maar het is de vraag of dat oprecht geloof is. Dit overstemt en verknalt veel van de andere motieven om te geloven. Bovendien, als mensen eenmaal vrijer zijn en beter geïnformeerd, dan is infernalisme alleen maar een minpunt voor de kerk en jaagt het de mensen van het geloof weg.

         24. Infernalisme zegt: je wordt eindeloos gestraft als je deze overtuiging niet onderschrijft. Het lijkt vrijwel onmogelijk dat uit te spreken zonder in enige mate te manipuleren. Bovendien leidt het tot wanhoop als daders toevallig de ‘goede’ overtuiging hebben en hun slachtoffers de ‘verkeerde’. Universalisme zegt daarentegen: daders die op deze aarde niet zijn gestraft, zullen niet ontkomen en zich na hun dood moeten verantwoorden en verzoenen. Dat is niet inherent manipulatief, waarschuwt daders wel en troost slachtoffers ook.

 

Als er zo veel tegen een eeuwige hel pleit, waarom geloven veel christenen en moslims daar dan wel in?

Veelal omdat we slecht geïnformeerd worden over het alternatief. Veelgebruikte bijbelvertalingen lopen achter op de ontwikkelingen in de wetenschap en blijven bijvoorbeeld het Griekse aionios vertalen als ‘eeuwig’, terwijl het ‘van de (komende) eeuw’ betekent. En infernalistische theologen blijven tegen hun achterban beweren dat universalisme inhoudt dat mensen ‘zomaar’ en ‘zonder meer’ naar de hemel gaan en er dus geen recht kan geschieden. Er zijn echter nauwelijks universalisten die niet geloven in een oordeel in het hiernamaals. Ze stellen alleen dat dit tijdelijk moet zijn, persoonlijk en gericht op verzoening en herstel.

 

Maar waarom is Christus dan gestorven, als hij ons daarmee niet uit de hel kwam bevrijden? Wordt Gods genade niet betekenisloos als er geen hel is? Wat betekent het dan nog om ‘verloren’ of ‘gered’ te zijn?

Universalisten beweren niet dat er geen hel is, alleen dat die tijdelijk en persoonlijk is en leidt tot verzoening en herstel. En daarmee wordt de betekenis van de kruisiging en opstanding van Christus en van Gods genade juist groter, omdat niet slechts een selecte groep, maar de gehele mensheid uiteindelijk uit de hel wordt bevrijd. ‘Verloren’ betekent dat je op grote afstand van God leeft, bewust of onbewust, en daarmee je eigen leven en dat van anderen verknalt. Dat is een reëel probleem, maar niet definitief. ‘Gered’ betekent dat je dichter bij God leeft en meewerkt aan verzoening en herstel.

 

Maar we verdienen als mensen toch een eeuwige straf?

Hoezo? Als we iets verkeerd doen, verdienen we zeker een oordeel, maar waarom zou de straf eindeloos moeten duren? Dat is buiten elke proportie en maakt het onmogelijk om aan herstel te werken, waardoor de daders een eeuwigheid hun eigen wanen kunnen blijven volhouden en de slachtoffers nooit verzoening kunnen ervaren.

 

Maar ‘de zonde tegen de heilige Geest’ wordt toch niet vergeven?

Jezus stelt in die passage dat ‘alle zonden, hoe erg ook’ kunnen worden vergeven, maar één enkele niet: wanneer iemand welbewust volhoudt Jezus de duivel te noemen. Deze zonde wordt niet vergeven, wat wil zeggen dat je daarvoor je schuld moet afbetalen of de straf moet uitzitten. Tijdelijk, welteverstaan.

 

Maar Hitler dan? Die mag toch niet wegkomen met zijn misdaden? Zo iemand verdient de hel toch wel?

Zeker, maar hoe lang? Er zit iets oneerlijks in dit argumentum ad Hitlerum: volgens veel infernalisten beoordeelt God je immers niet zozeer op je misdaden, maar op je geloof. Het zou daarom fairder zijn om bijvoorbeeld Elie Wiesel als voorbeeld te nemen: een van Hitlers slachtoffers, die niet het juiste geloof had, en daarom dus volgens veel infernalisten eeuwig verdoemd zou zijn. Maar een rechtvaardige straf is proportioneel. Misschien krijgt Hitler wel zes miljoen jaar. En die zijn dan gericht op herstel. Als Hitler eeuwig werd opgesloten, zou hij in zijn eigen gelijk kunnen blijven geloven. Dat zou makkelijk voor hem zijn! Als hij zich echter moet confronteren met al zijn slachtoffers, stuk voor stuk, ontkomt hij niet aan de waarheid en krijgen zij de kans om, als ze daaraan toe zijn, hem te vergeven.

 Maar universalisme is toch veel te soft? Het is toch veel te makkelijk als iedereen zomaar vergeving ontvangt?

Universalisme betekent niet dat iedereen ‘zomaar’ vergeving ontvangt. Er wordt recht gedaan, maar proportioneel en gericht op herstel. Daarmee is het indringender dan infernalisme. Wie eeuwig wordt opgesloten, hoeft zich nooit met de slachtoffers te confronteren en kan het eigen gelijk blijven volhouden. Als er echter wel een confrontatie volgt, kan er tenminste een – lang en pijnlijk – proces van verandering volgen. Veel universalisten, zoals veel oosters-orthodoxen, zijn dan ook conservatieve gelovigen. En als het al ‘soft’ of ‘lievig’ is om tegen een onrechtvaardige eeuwige straf te zijn…

 

Maar het hiernamaals is toch gewoon een mysterie? We weten toch niet hoe het na onze dood zal zijn? Kunnen we niet maar beter hópen op een goede uitkomst, zonder al te stellig te spreken?

Als het gaat over de werkelijkheden na de dood, spreken we inderdaad altijd in onzekerheden. Laten we daar dan wel consequent in blijven: dit geldt voor elke bewering op dit vlak. Ook de stelling dat er niets is na de dood of dat er een eeuwige straf is. Het valt me op dat er vaak eerst van alles over het hiernamaals heel stevig wordt beweerd, tot op een zeker punt en dán moet het opeens een mysterie zijn. En waar ligt dat punt? Vaak precies daar waar het infernalisme wordt bevraagd. Het ‘mysterie’ wordt dan dus ingezet om kritiek te laten verstommen. Daarom heb ik mijn vragen bij het ‘hopen’ op een goede uitkomst. Uiteraard hopen we daarop, maar wat is het doel van een dergelijke formulering? Waarom zouden we ruimte moeten houden voor een wreed godsbeeld, waarin God actief mensen in leven en bij bewustzijn houdt, zodat ze kunnen worden gekweld, zoals infernalisten geloven? Wie onduidelijk blijft over onderdrukkende overtuigingen, laat dit onrecht bestaan.

 

Ga je niet op Gods rechterstoel zitten als je hem bekritiseert? Is het geen hoogmoed tegenover God om zijn hel te verwerpen?

Universalisten bekritiseren God niet, maar de menselijke ideeën over hem. Het zijn de infernalisten die de Bijbel krom lezen en hun eigen redeneringen daarbij invullen. Het is bescheiden om, tegen je eigen behoefte aan wraak in, te geloven dat God uiteindelijk iedereen zal verzoenen. Het is eerder hoogmoed om te denken dat God het wel eens zou zijn met je slechtere momenten.

 

Maar moeten we het oordeel niet aan God laten? Hij kan toch het beste bepalen wie wat verdient?

Zeker, maar we gaan toch ook niet op de stoel van een aardse rechter zitten als we in een interview met hem beter proberen te begrijpen hoe hij denkt? Uiteraard laten we het oordeel aan God, maar we kunnen intussen wel zo serieus mogelijk de bronnen onderzoeken. En als daaruit blijkt dat iedereen uiteindelijk, na een proces van genezing en verzoening, bij God zal zijn, dan moeten we daarover niet zwijgen en mensen in wanhoop laten.

 

Maar alverzoening of universalisme is toch gewoon vrijzinnig? Als je daarin gelooft, neem je de Bijbel en de leer van de kerk toch niet serieus?

Sommige universalisten zijn inderdaad vrijzinnig, maar de meeste niet. Hun visie was in de vroege kerk in de meerderheid en is door de vroege concilies nooit verketterd. Bovendien staat het overduidelijk in de Bijbel en past het veel beter bij de traditionele visie op God, terwijl het infernalisme daar niet bij past en pas later bedacht is. Universalisme is binnen de oosters-orthodoxe kerken dan ook altijd een brede stroming gebleven. En toen onze kennis over de Joodse cultuur en de Griekse taal weer toenam, raakten weer meer mensen overtuigd van de juistheid van het universalisme.

 

Beschadig je niet het geloof met al die kritiek? De kerk staat al in een kwaad daglicht en er gaan al zo veel mensen weg.

We moeten wel over pijnpunten en misverstanden kunnen praten. Er vertrekken juist veel mensen úít de kerk door onterechte bangmakerij. De bedoeling van Het einde van de hel is op te bouwen en mensen werkelijk goed nieuws te vertellen.

Is het niet wat makkelijk om de hel aan te vallen? De orthodoxen zitten toch al sowieso in de hoek waar de klappen vallen… 

Het ligt maar net aan de context. Vaak is het omgekeerd. Veel gelovigen, predikanten en voorgangers verbergen juist dat ze universalist zijn of zelfs maar twijfelen aan het infernalisme. Universalisten worden in de christelijke media met de grootste woorden aangevallen, infernalisten zelden. Universalisten worden van kansels en podia geweerd, over infernalisten hoor je dat nou nooit. De druk komt van de kant van infernalisten, die in de kerken in de meerderheid zijn, vooral in het leiderschap. 

 

Kunnen de onrechtvaardigen of ongelovigen ook vernietigd worden, zoals annihilationisten menen?

Annihilationisme is een kleine stroming, die ook al in het Jodendom en de vroege kerk bestond. Het is half infernalisme en half materialisme: mensen worden wel eeuwig van elkaar gescheiden, maar voor de meesten is er geen onsterfelijkheid. Daarmee combineert het de nadelen van infernalisme met de nadelen van materialisme. Ik licht er enkele uit:

         1. God houdt van de onrechtvaardigen en wil voor hen het beste. Ook hun is een enorme hoeveelheid onrecht aangedaan dat nooit vergoed is en alleen kan genezen als zij persoonlijk troost ervaren.

         2. Als de onrechtvaardigen na het laatste oordeel verdwijnen, krijgen zij niet de kans om zich te ontwikkelen en boete te doen, evenmin om zelf vergeving te vragen, te ontvangen of aan te bieden. Niets van wat hun aangedaan is en wat zij anderen hebben aangedaan kan werkelijk recht krijgen.

         3. Ook de rechtvaardigen krijgen de kans niet zich te verzoenen met de wie vernietigd wordt, hun vergeving aan te bieden en vergeving van hen te ontvangen. En vooral: ze zullen hun vernietigde geliefden, kinderen en vrienden voor eeuwig moeten missen.

         4. Er blijft ook nu een oneindig verschil tussen wie vernietigd wordt en wie naar de hemel gaat: er zullen talloze grensgevallen zijn, mensen die de hemel nét niet halen en daardoor vanwege de kleinste wandaad een eeuwig geluk mislopen.

         5. De Bijbel stelt zonder reserve dat ‘iedereen’ en ‘allen’ worden gered. De woorden die voor het oordeel worden gebruikt duiden dan ook allemaal op een tijdelijk proces. ‘Gehuil en tandengeknars’ is bijvoorbeeld een kwelling die je ondergaat, niet een afwezigheid. Vuur staat vaak voor loutering. De keren dat vuur destructie aanduidt, gaat het nooit over totale vernietiging.

 

Ben je niet bang verkeerd te zitten? Misschien stel je mensen wel vals gerust en worden ze door jouw boek eeuwig verdoemd…

Het probleem van deze vraag is dat je er alles mee kunt verdedigen. Iedereen kan wel iets bedenken en vervolgens beweren dat je eeuwig verdoemd bent als je het er niet mee eens bent. Er zijn talloze religies en overtuigingen die enige vorm van hel aankondigen; we zouden voor allemaal wel mis kunnen zitten en dan dus met een ‘ingebeelde (christelijke) hemel’ belanden in een ware ‘(islamitische, hindoestaanse, enzovoorts) hel’. We kunnen geen rekening houden met al die mogelijke hellen waarmee gedreigd wordt. We kunnen alleen uitzoeken wat wij persoonlijk de meest waarschijnlijke optie vinden en daarnaar leven.

 

Hoe lang precies de hel duurt – is dat niet een heel abstracte en theoretische discussie?

Ideeën over je toekomst hebben grote gevolgen voor de manier waarop je nu leeft. Als je zeker weet dat je over enkele weken zult sterven, handel je volstrekt anders dan wie meent nog te kunnen genezen. En het verschil tussen infernalisme en universalisme is niet maar ‘een wat langere of kortere straf’. Het is het verschil tussen een wreed en een rechtvaardig godsbeeld, tussen de Bijbel krom lezen en de Bijbel recht doen, tussen leven in angst voor jezelf en je naasten en leven met hoop, tussen de meeste mensen opgeven en juist niemand willen loslaten. Infernalisme zegt: wie het niet met ons eens is, zal zonder einde wordt gekweld. Het is bijna niet voor te stellen dat dit zonder te manipuleren kan worden uitgesproken. En maakt het niet wanhopig als een dader toevallig het goede geloof heeft en de slachtoffers niet? Universalisme zegt: daders die nu geen verantwoording afleggen over hun misdaden, zullen dat na hun dood moeten doen. Dat laat mensen vrijer, zet daders meer onder druk en vertroost slachtoffers meer.

 

Maar waarom zouden we nog evangeliseren als er geen hel is? Waarom zou je dan eigenlijk geloven?

Dreigen met een eeuwige hel werkt nauwelijks om mensen te stimuleren om te geloven. Vroeger wel, bij gebrek aan alternatieven, wat tegenwoordig nog steeds kan spelen op de Biblebelt. Maar hoe vrijer mensen worden en hoe beter geïnformeerd zij zijn, hoe minder ze het accepteren als de religieuze leiders hun angst aanpraten. Daarom hebben tegenwoordig de reformatorische kerken, waar het nog wel gepreekt wordt, zo’n hoog percentage kerkverlaters. Het is ook wel heel mager als de dreiging van een eeuwige hel je belangrijkste motief is om zelf te geloven. Er zijn zo veel andere redenen, die veel mooier en gezonder zijn, maar dan ondersneeuwen. Het universalisme kan intussen wel degelijk wijzen op een oordeel in een hiernamaals, alleen dan niet over the top en verlammend eeuwig, en het kan daardoor veel makkelijker ruimte geven aan alle andere motieven om te geloven. Uiteindelijk is dat een kwestie van de geloofwaardigheid van het christendom. Welk moreel gezag heeft een dominee nog als hij eerst beweert dat we ‘onze naaste’ moeten liefhebben, zelfs ‘onze vijand’, en vervolgens verklaart dat God zelf diezelfde naasten en vijanden eeuwig laat kwellen?

 

Is dit niet een heel oude discussie? Valt hier nog wel wat nieuws aan toe te voegen?

Om de volgende redenen is Het einde van de hel vernieuwend:

     - Universalisme wordt onterecht weggezet als vrijzinnig, terwijl de argumenten in dit boek ook werken voor orthodoxen. Deze visie groeit onder hen sterk en heeft behoefte aan theoretische onderbouwing.

     - Door wetenschappelijk onderzoek is de betekenis van het Griekse woord aionios weer duidelijker geworden, wat echter nog niet in de meeste vertalingen is doorgedrongen. Het blijkt niet ‘eeuwig’ te betekenen, zoals in veel bijbels nog staat, maar ‘horend bij de komende wereld’. Het zegt niet hoe lang, maar wanneer.

     - Het actuele onderzoek naar bijna-doodervaringen wordt voor het eerst grondig verwerkt.

     - Er worden niet alleen intern-christelijke argumenten gebruikt, maar ook veel algemene overwegingen die voor andere overtuigingen relevant zijn.

     - Er wordt een samenhangende visie op enkele grote lijnen in de Bijbel geboden: de Bijbel wordt gezien als verhaal van vervreemding naar herstel.

     - Een vergeten bijbels motief wordt uitgewerkt: het volkenvergaderingmotief, dat tot aan de laatste bladzijdes van de Bijbel doorloopt.

     - Een veel genegeerde interpretatie van oordeel wordt uitgewerkt: de lichtvreesinterpretatie, waarbij oordeel de eigen reactie op overweldigende goedheid is.

Waar kan ik meer lezen over dit onderwerp en zelf studie hiernaar doen?

Nou, er is natuurlijk véél te vinden op het internet, maar je kunt hier beginnen:

Vorige
Vorige

Het einde van de hel

Volgende
Volgende

Waarom ik ‘Het einde van de hel’ heb geschreven