Zo ontstaat religieuze manipulatie
Religieuze manipulatie betreft religieuze situaties waar veel angst, druk en onvrijheid heerst. Het is daar niet goed voor je, maar je kunt er lastig weg, meestal om emotionele redenen. Je kunt dan aan echte sektes denken, maar het komt veel vaker voor, alleen dan wat subtieler of geniepiger. In diverse video’s ga ik erop in hoe je het kunt herkennen en wat je eraan kunt doen, maar deze keer ga ik wat dieper in op hoe het kan ontstaan. Want als het zo naar is, waarom is het er dan? Waar kom het vandaan?
Uit het onderzoek naar de persoonlijkheidskenmerken van manipulatieve leiders, in het bedrijfsleven, in religieuze kring, waar dan ook, blijkt dat je hen vaak kunt typeren met de zogeheten dark triad: de duistere drieslag van narcisme, machiavellianisme en psychopathie. Mensen die zichzelf zien als het centrum van het heelal en anderen gewetenloos gebruiken als instrumenten voor hun eigen doelen. Alles draait uiteindelijk om hen.
En dit verklaart wel iets, maar niet iedereen valt daarvoor. Het is dus ook belangrijk om te kijken naar de kenmerken van wie daar wel gevoelig voor is. En dat blijkt niet een bepaald type mens te zijn. Je zou bijvoorbeeld verwachten dat meer meegaande mensen volgeling worden, maar er zit ook iets heel eigenwijs in dit soort religieuze groepen, dus het kan net zo goed weinig meegaande mensen aanspreken. Anders gezegd, iedereen kan het overkomen.
Maar niet in elke fase van je leven. Want er zijn wel bepaalde periodes dat wie-dan-ook, met welk karakter dan ook, gevoeliger is. We noemen deze liminale fases: overgangsperiodes. Je komt net in een nieuwe stad wonen. Je hebt net een partner verloren. Je begint een nieuwe studie. Je zoekt een baan. Dat zijn onzekere tijden en dan is de zekerheid die religie kan bieden, ook de gezonde varianten, heel aantrekkelijk en bovenal, want dat lijkt het belangrijkste: de sociale groep die erbij hoort. Opeens heb je vrienden, gezelschap, iets om handen, een doel in je leven.
Wat ik hier noem heeft genoeg uitzonderingen. Er zijn bijvoorbeeld gezonde karakters, niet die dark-triad-types, die toevallig opgroeien in een ongezond systeem en vervolgens als leider niet veel beter weten. Maar globaal gezegd, veel giftige leiders hebben narcistische kenmerken en hun meeste volgelingen zaten in onzekere fases van hun leven en misten sociale verbinding.
Als deze twee met elkaar in contact komen, kan er zoiets als manipulatie ontstaan. Er ontstaat een soort draaikolk van uitwisselingen die van kwaad tot erger gaan – als tenminste de vraag en het aanbod op elkaar zijn afgestemd. Ik bedoel, lijkt de leider iets te leveren waar de volgelingen behoefte aan denken te hebben, en geven zij op hun beurt iets aan die leider wat die denkt nodig te hebben?
Een typische ontwikkeling is dit. Er is iemand, vaak een jongeman, met een moeilijke jeugd, vaak een gebrek aan aandacht en liefde, bijvoorbeeld door afwezige of kille ouders. Dat kan je uitschakelen en deprimeren en dat gebeurt ook vaak, maar deze persoon is getalenteerd. Hij kan goed spreken, is innemend, charismatisch, overtuigend. Rond z’n twintigste krijgt hij dat door. Hij merkt dat als hij praat, mensen luisteren en hij iets van die leegte in zijn ziel kan vullen met die erkenning die hij dan krijgt. En hij ontdekt dan natuurlijk dat bepaalde uitspraken of handelingen beter werken dan andere. Bijvoorbeeld als hij heel grote woorden gebruikt, heel enthousiasmerend is, heel grote problemen beschrijft, dan krijgt hij meer applaus en die leegte die hij voelt wordt nog iets meer gedempt. Dus dan gaat hij dat vaker zeggen en vervolgens ontdekt hij bepaalde taal die nog iets beter werkt – enzovoorts. Ik noem deze draaikolk de applauskolk.
De ontvangers, degenen die applaudisseren, zijn dus onderdeel van de draaikolk. Zij zijn onrustig en hier is iemand die hen zekerheden biedt, troost, aandacht, trots. Ook de leegte die zij ervaren wordt wat gedempt en ze raken steeds meer betrokken rondom deze charismatische persoon, hun vriendenkring verschuift, ze gaan steeds meer tijd aan hem en elkaar besteden, en deze leider en de gemeenschap om hem heen komt steeds centraler te staan in hun leven, tot een punt dat het ongeveer alles is in hun leven en ze er helemaal afhankelijk van zijn geworden.
Hier wordt dus niet welbewust een val gezet. Het heeft vooral iets heel tragisch. Ongezonde leiders hebben zelden een soort vooropgezet masterplan, zo van: haha, ik ga eens even heel veel mensen uitbuiten en dat ga ik zus en zo aanpakken. Ze lijken er meer een beetje in te rollen, vaak tot hun eigen verbazing. Hun sterke verhalen worden geloofd, ze dikken die dus iets meer aan, het worden leugentjes en uiteindelijk leugens, maar omdat niemand ze werkelijk tegenspreekt, maar iedereen juist applaudisseert, gaan ze er nog zelf in geloven ook.
Je kunt ze in zekere zin tovenaarsleerlingen noemen, naar het beroemde sprookje waarin een leerling, als de oude wijze meester even uit de buurt is, gaat rommelen met de spreuken, waarna het volledig uit de hand loopt. Zo gaat het bij manipulatieve leiders. Het zijn begaafde mensen, zonder sterke tegenstem, zonder oude wijze leermeesters die hen corrigeren – met wie dus hun eigen talent aan de haal gaat.
Dat gebrek aan die tegenstem is cruciaal. Niet elke getalenteerde persoon met een lastige jeugd wordt een manipulator. Het eigen geweten van die tovenaarsleerling kan bijvoorbeeld op tijd op de rem trappen, alsof het de oude wijze meester is, met een besef van: nu gaat het te ver, nu wordt het ongezond, ik moet dit stoppen. Veel vaker zijn het vrienden, familieleden, medegelovigen, journalisten, wetenschappers die zo iemand terugfluiten. En dan volgen er cruciale momenten. Want wat doet deze tovenaarsleerling als hij, door zichzelf of door anderen, tot de orde wordt geroepen?
Een deel zal zich inderdaad laten corrigeren en, na nog een stuk of wat confrontaties, uitgroeien tot een middelmatige of misschien wel grote leider die de andere leden van de groep laat bloeien. Maar als de tovenaarsleerling maar narcistisch genoeg is, te weinig kritiek is gewend, voldoende heeft gemist in z’n jeugd, of als de critici niet sterk genoeg zijn, en dat blijft gebeuren, dan wordt het langzamerhand steeds naarder: dat is die draaikolk, die applauskolk, waarin de leider steeds grotere druk gaat uitoefenen en de groep dat steeds meer accepteert en zelfs toejuicht, en uiteindelijk is er zo een manipulatief systeem ontstaan.
Het begint dus allemaal vrij naïef en onschuldig, maar als er te weinig remmen zijn, intern dan wel extern, en te veel behoeftes, dan kan iemand zich steeds meer permitteren, staat de groep steeds meer toe en dan uiteindelijk is er een sekte.